Arie de Mos - De KW110 gekaapt

Matroos Arie de Mos wordt in augustus 1942 door stuurman Jacob de Mos gevraagd mee te varen op de KW110. De Mos is door schipper Piet Grootveld benaderd om de leiding te geven aan de haringvangst met dit schip. De Mos had zijn bedenkingen, doordat Grootveld had verteld dat hij overal mag vissen en er een marconist meegaat. Voor hem is duidelijk dat de logger KW110 'Gijsbert Karel van Hogendorp' een Duits spionageschip is, compleet uitgerust met zend-, ontvangst- en peilapparatuur. De Mos stelt als voorwaarde dat hij zelf de bemanning mag samenstellen. Grootveld stemt daarin toe.

Op 29 augustus 1942 vaart de KW110 de haven van IJmuiden uit, langs het afweergeschut aan beide zijden van de havenmond en de Schnellbooten aan het eind van de binnenhaven. De bemanning bestaat naast Jacob en Artie de Mos uit Jacob Harteveld, Jan Klein, Willem Bron, Jan Roest, Jacob de Roode, Willem Spaans, Mink Verbaan en Nico van der Zwan.

Op zee wordt Grootveld naar beneden geroepen omdat een bemanningslid ziek zou zijn. Onderdeks wordt hij overmeesterd. Marconist Dijkstra ondergaat hetzelfde lot, waarna de KW110 koers kan zetten naar Engeland. Op 1 september wordt het schip door een bewapende Engelse trawler naar de haven van Scarborough gebracht. De bemanning wordt in Holland House in Londen ondergebracht en later op de Patriotic School verhoord. Grootveld en Dijkstra worden gedetineerd. In oktober wordt de bemanning door de koningin op Stubbings House ontvangen.

Het is niet bekend wat Arie de Mos na aankomst in Engeland ging doen.